28 september 2013 – Jiří Bĕlohlávek, Simone Lamsma en het Rotterdams Philharmonisch Orkest

Tsjechië – Europees middelpunt

Een citaat uit het programmaboekje bij deze Matinee (geschreven door Siebe Riedstra): “De Tsjechische gebieden Bohemen, Moravië en Slowakije maakten sinds eeuwen deel uit van een machtige muzikale traditie. Niet voor niets werd Bohemen het conservatorium van Europa genoemd. Georg Benda was de schepper van het melodrama, Johann Stamitz stichtte de Mannheimer Schule, en Anton Reicha vestigde zich in Parijs en was een lichtend voorbeeld voor Ludwig van Beethoven. Wanneer we daaraan de Praagse wereldpremière van Mozarts opera Don Giovanni toevoegen, is het beeld compleet. Tsjechische muzikanten – Bohemers – hadden al eeuwenlang een reputatie te verliezen, terwijl de Tsjechische muziek zich nauwelijks van de muziek elders in Europa onderscheidde.”

Grote traditie

Bĕlohlávek, ooit assistent van de roemruchte Sergiu Celibidache, liet horen dat de Tsjechische traditie niet bij Stamitz en Reicha ophield: ook Smetana, Dvořák, Janáček en Martinů (zijn Tweede vioolconcert stamt uit 1943) uitten – binnen de ‘Europese’ traditie – een kenmerkend geluid. Toch een Tsjechisch geluid? Geniet ook van Simone Lamsma’s toegift: een deel uit de voor gewone stervelingen onspeelbare Vierde sonate voor vioolsolo van de Belg Eugène Ysaÿe.

Rotterdams Philharmonisch Orkest
Jiří Bĕlohlávek (dirigent)
Simone Lamsma (viool)

Dvořák - Ouverture Carnaval
Martinů - Tweede vioolconcert
Ysaÿe - uit Vioolsonate opus 27/4: Finale (toegift)
Smetana - uit Má vlast: Vltava (De Moldau)
Janáček - Sinfonietta